Eerste Kamer neemt wetsvoorstel Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS) met algemene stemmen aan

De WAS is een uitwerking van de afspraken die gemaakt zijn in het Sociaal Akkoord in april 2013. Het voorstel wijzigt de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, een aantal bepalingen uit Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek alsmede een paar andere wetten ter verbetering van de naleving en handhaving van arbeidsrechtelijke wetgeving in verband met de aanpak van schijnconstructies door werkgevers. 

De WAS beoogt onder meer oneerlijke concurrentie tussen bedrijven te voorkomen en de rechtspositie van werknemers te versterken. Zo leidt bijvoorbeeld misbruik van de bereidheid van arbeidskrachten uit andere lidstaten van de EU tot het verrichten van werkzaamheden voor een lager loon dan het minimumloon niet alleen tot uitbuiting van de betreffende werknemers, maar ook tot oneerlijke concurrentie. Per 1 juli 2015 gaat een zogenaamde ketenaansprakelijkheid gelden voor werkgevers en opdrachtgevers om het  verschuldigde loon te betalen. Dit betekent dat werknemers die geen of onvoldoende loon uitbetaald hebben gekregen meer mogelijkheden krijgen om dit achterstallige loon te vorderen, doordat zij naast de werkgever ook de opdrachtgever(s) hiervoor aansprakelijk kunnen stellen. 

Daarnaast wordt beoogd te voorkomen dat bonafide werkgevers moeten concurreren met partijen die op oneigenlijke manier de arbeidskosten verlagen en in sommige gevallen gebruik maken van schijnconstructies. In dit verband dienen werknemers het volledige minimumloon uitbetaald te krijgen en mogen werkgevers niet langer een deel van het minimumloon als onkostenvergoeding uitbetalen of bedragen inhouden op c.q.verrekenen met het minimumloon. Sommige werkgevers maken nu nog gebruik van deze constructie om zo minder belasting of sociale premies af te dragen. Voorts mag het minimumloon niet meer contant worden uitbetaald en dienen loonstroken transparant te worden ingericht en de onkostenvergoedingen te worden gespecificeerd.

Het hierboven genoemde verbod op inhoudingen op en verrekeningen met het wettelijk minimumloon, de verplichte girale betaling van ten minste het minimumloon en de specificatie van de onkostenvergoedingen op de loonstrook gaan per 1 januari 2016 in. Deze laatste maatregelen worden genomen zodat het beter te controleren is dat het minimumloon daadwerkelijk wordt uitbetaald, maar vragen wat extra voorbereidingen van werkgevers.

Het bovenstaande betreft een beknopte schets op hoofdlijnen van het op 2 juni 215 aangenomen wetsvoorstel. Indien u verdere informatie wenst, kunt u vanzelfsprekend contact opnemen met een van de advocaten van Vink & Partners Legal and Tax.

Lees hier de volledige tekst. Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag