Nieuwsdetail Vink & Partners
Schadevergoeding van bijna $ 33 miljoen blijvend onbelast
Een N.V. (NV) hield indirect alle aandelen van een olieraffinaderij (raffinaderij) in de Verenigde Staten. In 2006 verkocht de NV de helft van haar belang in de raffinaderij aan een oliemaatschappij, X. Gelijkertijd sloten de NV en X een putoverenkomst. Op grond van deze overeenkomst kreeg de NV het recht om haar resterende belang van 50% in de raffinaderij aan X te verkopen. Na enige tijd besloot de NV in verband met gerezen meningsverschillen om haar resterende 50% belang te verkopen aan X. Er werd een koopsom van $ 700 miljoen overeengekomen. Het bestuur van X keurde de overeengekomen deal echter niet goed. De NV maakte vervolgens gebruik van haar putoptie en stelde X aansprakelijk wegens niet nakoming van de gemaakte overeenkomst.
Er volgde Arbitrage. In een arbitraal vonnis werd vastgesteld dat de NV de putoptie terecht had uitgeoefend en dat X nog ruim $ 660 miljoen aan de NV moet betalen. X was het daar niet mee eens. Uiteindelijk werd de zaak gesetteld en op grond van de settlement moest X nog het bedrag van een kleine $ 33 miljoen dollar extra betalen aan de NV. De vraag is nu hoe deze ontvangst van ruim € 25 miljoen euro fiscaal moet worden verwerkt. De NV verantwoordde de ontvangst in haar aangifte VPB 2012 over de deelnemingsvrijstelling derhalve als vrijgestelde baten. De inspecteur was het daar niet mee eens waarna de NV in beroep ging. Rechtbank Den Haag, evenals het Hof Den Haag, was het met de NV eens dat het bedrag van € 25 miljoen was betaald wegens het niet nakomen door X van een overeenkomst inzake de levering van aandelen. Deze schadevergoeding moest dan ook volgens de Rechtbank en het Hof worden toegerekend aan de door NV verkochte deelneming. De Staatssecretaris heeft besloten om tegen deze uitspraak van het Hof niet in cassatie te gaan. Volgens de Staatssecretaris was de beslissing van het Hof dat de schadevergoeding moet worden toegerekend aan de verkochte deelneming een feitelijke beslissing en volgens de Staatssecretaris.niet onbegrijpelijk.
Kortom een interessante uitspraak en een enorme meevaller voor de NV.
Bron: klik hier