Nieuwsdetail Vink & Partners
Bestuurder van naar Israël verplaatste BV aansprakelijk voor onbetaalde belastingschulden
De bestuurder van een naar Israël verplaatste vennootschap is terecht aansprakelijk gesteld voor onbetaalde belastingschulden.
Artikel 41, lid 1, Invorderingswet 1990 bevat aansprakelijkheidsregels voor de vennootschaps- en dividendbelasting die verschuldigd is door een lichaam dat door verplaatsing van de feitelijke werkzaamheden voor de heffing van vennootschapsbelasting en dividendbelasting niet langer in Nederland is gevestigd. Degenen die de verplaatsing hebben gerealiseerd (de wet spreekt van 'belast zijn met') zijn aansprakelijk.
Rechtbank Noord-Holland heeft op 4 maart 2015 uitspraak gedaan in een zaak waarbij het bovenstaande wetsartikel van doorslaggevende betekenis is. De casus is als volgt. A B.V. investeert in de hotelbranche in Europa. De aandelen van A B.V. zijn in handen van het Israëlische B Ltd. In 1999 en 2000 verkoopt A B.V. het grootste deel van haar deelnemingen en verstrekt vervolgens leningen aan haar Israëlische moedermaatschappij B Ltd. ter grootte van ettelijke miljoenen. Belanghebbende, X, woont in Israël en wordt per 14 januari 2000 bestuurder van A B.V. Na het aantreden van X ontstaat het plan om A B.V. naar Israël te verhuizen, hetgeen uiteindelijk op 24 december 2002 geschiedt. A B.V. laat de aan haar opgelegde aanslagen vennootschapsbelasting 1999 tot en met 2002 onbetaald. De inspecteur stelt X hier (deels) voor aansprakelijk, op grond van artikel 41, lid 1, Invorderingswet 1990. Volgens de inspecteur is X namelijk één van de met de verplaatsing belaste personen.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de inspecteur X terecht heeft aangemerkt als één van de met de verplaatsing van A B.V. naar Israël belaste personen. Derhalve heeft de inspecteur X terecht aansprakelijk gesteld voor de belastingschulden van A B.V. De rechtbank overweegt daarbij dat X als bestuurder de bevoegdheid had om tot verplaatsing naar Israël te besluiten. Verder acht de rechtbank de verklaring van X dat hij niet met de verplaatsing was belast, niet geloofwaardig.
De bovenstaande uitspraak toont nog eens aan hoe belangrijk het is dat degenen die voornemens zijn om een vennootschap naar het buitenland te verplaatsen, zich er voordien goed van vergewissen of de vennootschap nog openstaande vennootschaps- en/of dividendbelastingschulden heeft. De belastingadviseurs en advocaat-belastingkundigen van Vink & Partners Legal and Tax kunnen u uiteraard helpen bij het in kaart brengen van de (eventuele) openstaande vennootschaps- en/of dividendbelastingschulden.
Lees hier de volledige uitspraak: Rechtbank Noord-Holland ECLI:NL:RBNHO:2015:2150