Lenen bij eigen BV door ab-houder voor eigen woning wordt komende jaren onaantrekkelijker

Indien er door een ab-houder (5% of meer aandelen) geld is geleend van de eigen B.V. in verband met de eigen woning, dan is in het jaar 2019 de betaalde hypotheekrente in box 1 aftrekbaar tegen maximaal 49%. Bij de B.V. is de ontvangen rente in 2019 belast met 19% bij winsten tot en met € 200.000,- en met 25% over het meerdere. Het geld zit dan in de B.V. en kan weer terugkomen bij de ab-houder middels een dividend; het betreft dan uiteraard het dividend, na aftrek van de verschuldigde belastingen. Een dividenduitkering leidt weer tot een box-2 heffing van 25% (tarief 2019) bij de ab-houder. Aan de hand van onderstaand rekenvoorbeeld wordt verduidelijkt hoe dat werkt en waar dit naartoe leidt.

Stel een ab-houder heeft een eigen woning met een WOZ-waarde van € 1 miljoen. Deze woning heeft hij gefinancierd met een lening bij zijn eigen B.V. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat dit fiscaal ook zonder nadere problemen kan. Het financieel plaatje komt er dan als volgt uit te zien:

Rekenvoorbeeld Rekenvoorbeeld

De komende jaren zijn er echter diverse tariefswijzigingen aangekondigd, te weten:

  • Een verlaging van het toptarief in box 1 van de inkomstenbelasting naar 50,5% in het jaar 2020 en naar 49,5% in de jaren 2021 tot en met 2023.
  • Tegenover deze verlaging staat echter een versnelde afbouw van het percentage waartegen de hypotheekrente in box 1 kan worden afgetrokken. In 2019 is dat nog maximaal 49% maar in 2020 zou dat 46% moeten worden, in 2021 43%, in 2022 40% en in 2023 37,05%.
  • Daarnaast staat tegenover de verlaging van het toptarief in box 1 ook een verhoging van het ab-tarief in box 2. Dat tarief is nu nog 25%, maar zoals het nu staat zal dat 26,5% in 2020 worden en 26,9% in de jaren 2021 tot en met 2023.
  • Verder is er een verlaging van het VPB-tarief aangekondigd van nu maximaal 25% naar maximaal 22,55% in 2020 en naar maximaal 20,5% in de jaren 2021 tot en met 2023.

De aangekondigde verlagingen compenseren de hierboven bedoelde verhogingen niet voldoende, waardoor er per saldo elk jaar een verslechtering optreedt en lenen van de BV onaantrekkelijker wordt.

Het wetsvoorstel excessief lenen bij de eigen vennootschap (zie ook ons nieuwsbericht van 1 april 2019) maakt het er in dat verban niet beter op door voor nieuw - na 31 december 2021 - in verband met de eigen woning bij de B.V. aangegane leningen als eis te stellen dat deze enkel zijn uitgezonderd van de heffing over excessieve schulden in box 2, wanneer voor de lening hypothecaire zekerheid is verstrekt. Het voldoen aan deze voorwaarde brengt extra kosten met zich mee die er nu niet zijn in de vorm van notariële kosten enz.

Heeft u nadere vragen over dit onderwerp, neem dan contact op met mr. N.B.M. Vink of mr. S. Vink, advocaat-belastingkundigen, verbonden aan Vink & Partners Legal and Tax.