Nieuwsdetail Vink & Partners
Vrijspraak in een strafzaak betekent niet ook dat ‘vrijspraak’ in een fiscale zaak moet volgen
Het is een groot misverstand dat, wanneer iemand in een strafzaak wordt vrijgesproken, hem/haar ten aanzien van dezelfde kwestie geen fiscale aanslagen meer kunnen worden opgelegd. Ook het omgekeerde komt weleens voor, namelijk dat er fiscaalrechtelijk wordt uitgemaakt dat er geen fiscale zaak is terwijl het in de strafzaak wel tot een veroordeling leidt. Onlangs heeft ook Advocaat-Generaal IJzerman dit standpunt ingenomen in zijn conclusie van 30 oktober 2019 in een cassatieprocedure die door de Staatssecretaris van Financiën was aangespannen.
Het betrof het volgende geval: X was veroordeeld tot 4 jaar gevangenisstraf voor handel in verdovende middelen op grote schaal. In hoger beroep werd hij - op een veroordeling voor een partij hasj na - vrijgesproken. Het daarmee verkregen wederrechtelijk voordeel werd gesteld op een half miljoen. Gebaseerd op de verdenkingen waarvan in de strafzaak oorspronkelijk was uitgegaan, legde de Belastingdienst in de fiscale procedure voor vele miljoenen aan fiscale aanslagen op. Hof Amsterdam oordeelde in hoger beroep dat het vermoeden van onschuld, zoals dat was komen vast te staan in de strafzaak, ook gevolgen zou moeten hebben voor de fiscale procedure. Op deze grond verminderde het Hof de aanslagen fors. De Staatssecretaris was het hiermee niet eens en ging tegen de uitspraak van het Hof in cassatie bij de Hoge Raad.
A-G IJzerman heeft de Hoge Raad nu geadviseerd het beroep van de Staatssecretaris gegrond te verklaren. Naar zijn oordeel mag op grond van de in het belastingrecht geldende vrije bewijsleer de inspecteur alle bewijsmiddelen, waaronder ook die bewijsmiddelen uit het oorspronkelijke strafdossier, als bewijs aanvoeren. De belastingrechter dient vervolgens te beoordelen of de aangevoerde bewijsmiddelen tot de genomen conclusie kunnen leiden. Daarbij kan het volgens A-G IJzerman zo zijn dat bepaalde feiten fiscaal wel bewezen worden geacht, terwijl dat in het strafrecht niet zo behoeft te zijn.
Mocht u naar aanleiding van het bovenstaande vragen hebben of meer informatie wensen, neem dan contact op met mr. N.B.M. Vink of mr. S. Vink, advocaat-belastingkundigen, verbonden aan Vink & Partners Legal and Tax.